Realisatie flex- en transformatiewoningen blijft achter, subsidie wordt bijna verdubbeld

Realisatie flex- en transformatiewoningen blijft achter, subsidiepot voor gemeenten wordt bijna verdubbeld

Het aantal aanvragen van gemeenten voor de Meerjarige stimuleringsregeling flex- en transformatiewoningen blijft achter op de verwachting. Minister Mona Keijzer past daarom de subsidie aan: hij wordt bijna verdubbeld en gemeenten krijgen langer de tijd om de woningen te realiseren.

De financiële middelen voor de subsidiëring van flex- en transformatiewoningen zijn nog door het vorige kabinet ter beschikking gesteld en komen dus bovenop de 5 miljard euro die dit kabinet de voor woningbouw inzet. Maar sinds de aanscherping van de voorwaarden in 2023 van de oorspronkelijke regeling uit 2022, is het aantal aanvragen voor de subsidie achtergebleven. Uit onderzoek bleek dat ruim 40 gemeenten concrete woningbouwplannen voor flexwoningen en transformaties hebben, terwijl deze gemeenten nog geen aanvraag hadden ingediend.

Uit verder onderzoek bleek dat de subsidie om verschillende redenen niet werden aangevraagd. De voorwaarde dat de woningen in principe binnen 12 maanden opgeleverd moeten zijn, was een probleem, de hoogte van de bijdrage per woning was niet genoeg en de administratieve lasten die samenhangen met capaciteitsproblemen waren te groot.

Subsidie bijna verdubbeld
De minister past nu de regeling aan op de volgende punten: In plaats van oplevering binnen 12 maanden wordt de voorwaarde dat de start van de bouw binnen 18 maanden plaatsvindt en moeten gemeenten aangeven wat de verwachte termijn voor realisatie is. Ook de bijdrage per woning gaat omhoog van 7.800 euro naar 14.000 euro. Bovendien wordt optoppen toegevoegd waardoor het beter benutten van bestaande gebouwen wordt gestimuleerd. Ook hier blijkt sprake te zijn van een onrendabele top. Verder wordt de regeling doorlopend opengesteld, zodat gemeenten kunnen indienen als zij daar klaar voor zijn en als de gemeente verwacht binnen een jaar met de bouw te kunnen starten. Dit betekent dat het loket openblijft totdat het uitgavenplafond is bereikt.

Er is in 2025 nog ruim 77,8 miljoen euro aan subsidie beschikbaar. Ook komt er een vereenvoudigd formulier om te onderbouwen dat er sprake is van een onrendabele top. Hiermee hoopt de minister de administratieve lasten te verminderen.

Wat ook wordt aangepast is dat iedere gemeente maar subsidie kon aanvragen tot maximaal 5 miljoen euro. Die voorwaarde wordt geschrapt. Wel is het zo dat de subsidie maar aangevraagd mag worden voor één projectgebied.

Bron: Vastgoed Journaal, 4 februari 2025, 2 minuten leestijd – Originele publicatie